Versnipper de sjallot zeer fijn. Rasp of pers het teentje look. Doe de olijfolie in een pannetje en fruit de sjallot samen met de look. Voeg de witte wijn toe en laat even sudderen. Kruid met peper en zout.

Maak de schelpen schoon: Steek met een plat mes of oestermes aan de zijkant tussen de twee schelpen. Wrik de schelpen een beetje open en schuif het mes langs de rand van de schelp naar beneden. Steek het mes niet te diep in de schelp. Eenmaal de sluitspier is doorgesneden kan je de schelpen openen. Bewaar één helft van de schelpen om ze later in op te dienen. Verwijder alle onzuiverheden. Maak de noot los uit de schelp met een lepel of mes. Ik verwijder ook het oranje koraal, maar dit kan je eventueel mee bakken. Leg ze dan in koude melk om ze wit te houden en bewaar in de frigo. Dep droog op keukenpapier alvorens ze te bakken in de grilpan.

Verwarm de grilpan. Bestrijk de noten met olijfolie. Bak ze 2 minten en draai om en bak opnieuw 2 minuten. Bedoeling is dat ze binnenin nog een beetje glazig blijven, dus niet volledig doorbakken. Kruid met een beetje zou en peper.

Leg de noten opnieuw in hun schelp. Besprenkel ze met de wijn - sjallot saus. Voeg een mini zoete traanpeper toe en serveer terwijl ze nog warm zijn. Vraag de gasten om de drie smaken (het zilte van de noot, zoete van de peper en zurige van de wijn) samen te eten. Je zal zien dat je gasten verrast zijn door de smaakbom...